Op apparaten die eigendom zijn van het bedrijf kunnen IT-beheerders bescherming tegen het terugzetten van fabrieksinstellingen (FRP) uitzetten of bescherming tegen het terugzetten van fabrieksinstellingen voor zakelijke gebruikers (EFRP) aanzetten. Ga naar de handleiding voor ontwikkelaars voor instructies om FRP aan of uit te zetten.
Met bescherming tegen het terugzetten van fabrieksinstellingen voor zakelijke gebruikers kun je aangeven welke Google-accounts een apparaat kunnen activeren dat is teruggezet op de fabrieksinstellingen en is vergrendeld met bescherming tegen het terugzetten van fabrieksinstellingen. Zo weet je zeker dat alleen geautoriseerde gebruikers toegang hebben tot apparaten die zijn gereset. Hieronder vind je algemene richtlijnen voor het FRP-gedrag van apparaten.
- Op volledig beheerde apparaten wordt FRP niet geactiveerd als je de fabrieksinstellingen terugzet via de apparaatinstellingen, ongeacht of er een Google-account op het apparaat staat. In de meeste gevallen wordt FRP geactiveerd als je een apparaat reset via andere methoden als er een Google-account aanwezig is.
- Voor werkprofielen op apparaten die eigendom zijn van het bedrijf wordt FRP meestal geactiveerd als er op het moment van de reset een Google-account op het apparaat aanwezig is.
Neem contact op met je EMM voor specifieke richtlijnen om bescherming tegen het terugzetten van fabrieksinstellingen (FRP) uit te zetten of zakelijke bescherming tegen het terugzetten van fabrieksinstellingen voor zakelijke gebruikers (EFRP) aan te zetten.