Gebruik het gereedschap 3D-objecten draaien op de werkbalk aan de linkerkant om een object in 3D te draaien. Selecteer het element en sleep het om het vrij te draaien.
De rotatie beperken tot stappen van 45°: Houd Shift ingedrukt tijdens het slepen.
Een object langs één as draaien: Sleep een van de gekleurde rotatieringen. Als u bijvoorbeeld de rode ring sleept, wordt het object rond de globale x-as gedraaid.
Het draaipunt van de rotatie wijzigen: Sleep de middelste ring naar een nieuwe locatie.
Een object terugzetten naar de oorspronkelijke rotatie: Open het deelvenster Eigenschappen. Selecteer onder Transformatie, rotatie en schaal de optie Absoluut en stel de rotatiewaarden voor X, Y en Z (de tweede rij) in op 0.
Lokale en globale rotatie
In de lokale rotatiemodus worden de 3D-rotatieringen uitgelijnd met het object zodat het lijkt alsof ze scheeftrekken als het object wordt gedraaid. In de globale rotatiemodus blijven de 3D-rotatieringen uitgelijnd met het werkvlak.
De rotatiemodus kiezen: Selecteer Lokaal roteren of Globaal roteren
op de balk met gereedschapsopties bovenaan.
Tijdelijk overschakelen naar de globale rotatiemodus: Druk op Alt (Windows) of Option (Mac).
Delta- en absolute waarden
U kunt de rotatie van een object wijzigen door middel van absolute of deltawaarden. Deltawaarden staan in verhouding tot de huidige rotatie van het object, terwijl absolute waarden in verhouding tot het werkvlak staan.
Voorbeeld
Een object is momenteel 30° gedraaid op de x-as. Als u de rotatie van het object wilt wijzigen in 45°, kunt u de absolute waarde van de X-rotatie wijzigen in 45°. Als u in plaats daarvan deltawaarden wilt gebruiken, geeft u het verschil (15°) op. Hiermee krijgt u hetzelfde resultaat.
Als Delta is geselecteerd, worden alle eigenschappen bij Transformatie, rotatie en schaal weergegeven als 0. Wanneer u een nieuwe deltawaarde opgeeft, wordt het object met die waarde gedraaid. Vervolgens wordt de waarde weer teruggezet op nul. Als u meer wijzigingen aanbrengt, worden ze toegepast op de nieuwe rotatie van het object.
U kunt op elk gewenst moment schakelen tussen delta- en absolute waarden.