[GA4] Netwerkinstellingen configureren voor apps

Een advertentienetwerk is een online platform dat bedrijven die advertenties willen tonen (adverteerders) in contact brengt met bedrijven die advertenties willen hosten en inkomsten willen genereren met hun app (uitgevers).

Als u een uitgever bent, voegt u in het tabblad Netwerkinstellingen in Beheerder de advertentienetwerken toe die u gebruikt voor uw app-gegevensstreams naar uw Analytics-property.

Als u netwerkinstellingen voor uw apps configureert, kunt u het volgende doen:

• Belangrijke gebeurtenissen van die advertentienetwerken meten.
• Postbacks instellen om sommige of alle gegevens over belangrijke gebeurtenissen terug te sturen naar het advertentienetwerk om het verkeer te optimaliseren dat u via dit netwerk krijgt.

Een netwerk toevoegen

U kunt belangrijke gebeurtenissen sturen en de prestaties ervan in advertentienetwerken meten. Zo voegt u een netwerk toe:

1. In Beheerder, onder Gegevensweergave, klikt u op Belangrijke gebeurtenissen.
   De link Vorige opent de laatste Analytics-property waartoe u toegang heeft gehad. U kunt de property wijzigen met de propertykiezer. U moet bewerker of hoger zijnop propertyniveau omnetwerkinstellingen voor apps te configureren.
2. Klik op Netwerkinstellingen > Nieuw netwerk.
3. Selecteer een netwerk in het menu.
4. Bij Bron wordt automatisch de naam van het netwerk ingevuld. Sommige netwerken bieden ook metagegevens over het Campagnemedium en de Campagnenaam. Er is dus geen extra invoer nodig. Voor andere netwerken kunt u in de velden Campagnemedium en Campagnenaam aangepaste informatie vastleggen. Gebruik de gegenereerde URL als uw verwijzingslink (kopieer en plak de URL).
   • KLIK: Als u via een campagne gebruikers wilt aansporen om de app te downloaden, gebruikt u de URL die u hier maakt.
   • DEEP LINK: Als u via een campagne opnieuw contact wilt leggen met bestaande gebruikers van de app, gebruikt u het tabblad DEEP LINK. Voer in dit gedeelte het URL-schema en het pad in. Dezelfde parameters worden toegevoegd.
5. (Optioneel) Zet Postback instellen aan om gegevens over belangrijke gebeurtenissen terug te sturen naar het netwerk.
6. Klik op Opslaan.

Postbacks

Met een postback worden uw gegevens over belangrijke gebeurtenissen teruggestuurd naar een advertentienetwerk. Postbacks zijn optioneel. Het is mogelijk om first_open-gegevens te sturen als aanvulling op andere in-app belangrijke gebeurtenissen. Als u een postback wilt instellen, moet u ook kiezen of u alle belangrijke gebeurtenissen naar het netwerk wilt sturen of alleen de belangrijke gebeurtenissen die door Analytics aan dat specifieke netwerk worden toegeschreven.

Met postbacks kunt u het verkeer vanuit het netwerk optimaliseren. Als in een netwerk bijvoorbeeld bekend is dat een app naar een apparaat is gedownload, is ook bekend dat het apparaat geen advertenties meer over de app hoeft te tonen.

Als u alle gegevens over belangrijke gebeurtenissen naar het netwerk stuurt, kan dat netwerk het eigen verkeer optimaliseren op basis van bekendheid van belangrijke gebeurtenissen in alle netwerken. Als u alle gegevens over belangrijke gebeurtenissen naar een netwerk stuurt, worden de andere netwerken die betrokken zijn bij de weergave van belangrijke gebeurtenissen geobfusceerd.

Als 1) alle gegevens op propertyniveau, 2) afzonderlijke gebeurtenissen of 3) specifieke gebeurtenisnamen of gebruikersproperty's zijn uitgesloten van advertentiepersonalisatie, voegt Analytics een extra signaal (npa genoemd) toe in postbacks om aan te geven dat netwerken de gegevens niet mogen gebruiken voor gepersonaliseerd adverteren. De manier waarop het netwerk het npa-signaal verwerkt, wordt bepaald door dat netwerk.

Zo stelt u een postback in:

1. In Beheerder, onder Gegevensweergave, klikt u op Belangrijke gebeurtenissen.
   De link Vorige opent de laatste Analytics-property waartoe u toegang heeft gehad. U kunt de property wijzigen met de propertykiezer. U moet bewerker of hoger zijnop propertyniveau omnetwerkinstellingen voor apps te configureren.
2. Klik op Netwerkinstellingen.
3. Klik in de rij met het netwerk op > Postback instellen.
4. Selecteer de belangrijke gebeurtenissen die u wilt sturen.
5. Selecteer Alleen belangrijke gebeurtenissen die zijn toegeschreven aan dit netwerk of Alle belangrijke gebeurtenissen.
6. Voer de netwerkparameters in (bijv. tracking-ID, wachtwoord van adverteerder). Deze verschillen per netwerk.
7. Klik op Opslaan.

Opmerking: Als u Advertenties personaliseren uitzet volgens de instructies in Uw gegevens beveiligen en uw gebruiker postbacks aanzet, wordt die informatie meegenomen met de postback.

Aangepaste campagnes voor Google Play-apps

Als u een aangepaste campagne gebruikt voor een app die u via Google Play distribueert, gebruikt u de URL-maker voor Google Play om gepersonaliseerde URL's te maken.